Media & credits


creditsKuno Bakker, Jorn Heijdenrijk, René Rood, Iwan Van Vlierberghe
tekstJulien Offray de la Mettrie, Alexandre Dumas, Vaclav Havel
afficheKuno Bakker
publiciteit en educatieDirkje Houtman
zakelijke leidingMarten Oosthoek

Andere projecten

Projecten

mannetje met de lange lul

Premièredatum

Een voorstelling van Kuno Bakker en Jorn Heijdenrijk

Op basis van de amorele, ongepolijste gedachte-experimenten van de Franse arts/filosoof Julien Offray de la Mettrie (1709 – 1751)

“Met de dood eindigt alles; daarna, ik herhaal het nog maar eens, is er een leegte, een eeuwig niets. Alles is gezegd en alles is gedaan. De som van het goede is gelijk aan de som van het kwade. Er zijn geen zorgen meer, geen problemen, geen rollen meer te spelen: ‘de komedie is voorbij.'”
Julien Offray de la Mettrie

De schoonheid van het onvoorspelbare

Mannetje met de lange lul is gebaseerd op het gedachtegoed van arts/filosoof Julien Offray de la Mettrie (1709-1751) en verwijst naar het gelijknamige essay dat De la Mettrie kort voor zijn dood schrijft. De la Mettrie is atheïst en materialist. Zijn reputatie is omstreden en zijn geschriften belanden in Frankrijk op de brandstapel. Nadat hij zijn land heeft ontvlucht, vestigt hij zich opnieuw in Leiden, de stad die hij nog kent uit de tijd dat hij er college liep bij de vermaarde Boerhaave. Daar schrijft hij L’Homme machine (De mens als machine) waarin hij beweert dat lichaam en geest werken volgens de mechanische wetten en principes van de natuurwetenschap.
De la Mettrie ontkent het onderscheid tussen lichaam en ziel en daarmee ook een leven na de dood. De mens is verslaafd aan lichamelijke liefde, aldus de exuberante geleerde, en maalt niet om zijn zielenheil maar om zijn orgasme. Met zijn opvattingen keert De la Mettrie zich tegen de heersende moraal van goed en kwaad, waarmee hij de pijlers van kerk en staat attaqueert. Spijt en wroeging, zo meent hij, zijn de mens aangeleerd en weerhouden hem ervan gelukkig te worden.

‘Elke poging je vrij te voelen of je als vrij mens te gedragen mondt uit in schuldgevoel. Het heden, waarin je van meet af aan gevangen zit, is het goede – het altijd zo genoemde, altijd heersende goede.’

In zijn pleidooi voor geluk moedigt hij de mens aan zijn passie te volgen. Het leven is onvoorspelbaar en voltrekt zich in uitersten. Het nu is alles wat telt. Die dynamiek is ook bepalend voor het toneel dat zijn kracht en schoonheid ontleend aan de onvoorspelbaarheid van het moment.

Mannetje met de lange lul gaat over vrijheid van denken en handelen, zowel op als buiten het toneel. In een caleidoscoop van tekst, beeld en muziek cirkelt de voorstelling rond het huwelijk. Het instituut bij uitstek waar geluk en vrijheid elkaar bedreigen.

De titel is misschien het best te plaatsen met de woorden van land- en tijdgenoot De Sade:

S:  Vrienden, ziehier, de langste lul van het westelijk halfrond – en de kleinste hersens. Zeg eens, stom varken: ben je echt zo dom als je er uitziet?
A:  Misschien wel – maar ik ben slimmer als vroeger.
D:  Briljant! Ik zeg briljant. Maar jongen, ik heb begrepen dat je een behoorlijke pik hebt. Zou je zo vriendelijk willen zijn hem ons te demonstreren?
A:  Wat betekent dat woord: demonstreren?
D:  Jezus, hij is echt leeg. Haal ‘m eruit, zielige hoerenzoon. Haal ‘m eruit.
A:  Zoals je wenst, meneer.
D:  Mijn god. Ik ben voor mindere slangen op de vlucht geslagen.
H:  Zeg, bestaan er ergens nog grotere?
S:  Ik heb ze niet gezien.
D:  Ik ook niet. Niet bij paarden, niet bij stieren, niet bij giraffen…
S:  Er moet een universele onevenredigheid bestaan tussen lullen en hersens.

Julien Offray de la Mettrie is misschien het best te plaatsen met de woorden van land- en tijdgenoot Diderot:

La Mettrie is een schrijver zonder visie, die geen enkele goede zin heeft geschreven in zijn essay over het geluk;
wiens frivole geest iedereen herkent door wat hij zegt, en verrotte hart door wat hij niet durft te zeggen;
die eerst verkondigt dat de mens van nature pervers is, en daarna weer dat de natuur van de mens zijn behoeften beheerst en de bron van zijn geluk is;
die de crimineel lijkt gerust te stellen bij zijn misdaad, en de viezerik bij zijn ondeugd;
wiens drogredenering (gevaarlijk door zijn vrolijke toon) een schrijver toont zonder besef van de moraal, die immense boom waarvan de kruin tot aan de hemel rijkt en de wortels tot de hel doordringen.
wiens chaotische gedachten en buitensporigheid alleen maar weerzin opwekken, behalve bij die onbeduidende lezers voor wie alles is bewezen, als je ze kan laten lachen;
wiens principes, tot hun uiterste consequentie doorgedreven, de wetgeving omverwerpen, de ouders van de opvoeding ontslaan en de man ontmoedigt die als een gek tegen zijn ontaarde neigingen vecht;
en van wie het hoofd zo verward is, en de ideeën zo onsamenhangend, dat op dezelfde bladzij een zinnige bewering botst met een belachelijke bewering, en een belachelijke bewering met een zinnige bewering; waardoor ze net zo makkelijk te verdedigen zijn als aan te vallen.

Bekijk oude speeldata